h

1 mei toespraak Ad van de Kolk

2 mei 2008

1 mei toespraak Ad van de Kolk

Op 1 mei jl. hield Ad van de Kolk, voorzitter van de SP Statenfractie, een toespraak ter gelegenheid van De Dag van de Arbeid. Die dag werd samen met de FNV Bondgenoten en de PvdA gehouden in It Damshûs in Nij Beets. Het was een inspirerende avond met voorzichtige verkenningen zonder neerbuigendheid.

Hier volgt de toespraak die Ad van de Kolk deze avond heeft gehouden:

Denkend aan 1 mei, als socialistisch analfabeet - en dat houd ik graag zo - denk ik aan verheerlijking van de arbeid, en daar hebben we meteen al de crux te pakken van het verdeelde gevoel dat ik heb als ik aan 1 mei denk. Want arbeid, eerlijk gezegd, doet me niet zo veel. Tenminste, niet als het betekent mijn dagen zinloos te vullen met zinloos werk dat alleen maar toevoegt aan het materialistisch denken dat de mens steeds meer schijnt te beheersen. Ook de arbeider.

Arbeider….ook dat mag men eigenlijk niet meer zeggen, wie is dat eigenlijk tegenwoordig? De arbeider van weleer, zoals in de tijd van Domela, was de onderdrukte klasse, degene die altijd aan het kortste eind trok en dacht zich niet te kunnen verweren. Die niet zelfbewust genoeg was om te beseffen dat zonder deze klasse niets meer zou gaan, alles tot stilstand zou komen. En dat is nog niet veranderd. Domela heeft zijn leven lang getracht om juist deze mensen bewust te maken dat een vereniging van zielen die samen een gerechtvaardigd doel nastreven een onnoemelijke kracht vertegenwoordigt en wel degelijk een betere maatschappij kan bewerkstelligen.

Dat het nastreven van een hoger, niet zelfzuchtig doel gericht op verbetering van allen, een energie losmaakt die niet meer te stoppen is wanneer eenmaal ontketend. De arbeider als voorvechter van een realiseerbaar Utopia. Ja, dat kostte bloed en leed omdat degene die het materialistisch goed hebben bang zijn om dit kwijt te raken. Zij zullen zich verzetten omdat de angst hen regeert. Dat is nog steeds zo, er is wat dit betreft niet veel veranderd.

En wij, de voorvechters, waar zijn wij zo bang voor? Wat doet de socialistische beweging van tegenwoordig met deze arbeider, of hoe men deze tegenwoordig ook noemt? Hoe is de arbeider nog vertegenwoordigd in de socialistische beweging, politieke partijen en de vakbonden? Zijn deze bewegingen niet allang verworden tot instituties die nog wel menen de “arbeider” te vertegenwoordigen maar dat eigenlijk al lang niet meer doen? Vertegenwoordigen zij niet steeds meer het establishment en dansen naar de pijpen van de gevestigde orde die ongemerkt het roer heeft overgenomen met mooie woorden en loze beloften? Denken wij eigenlijk niet stiekem dat alle doelen al behaald zijn en drijven voort op schimmelige roem van weleer zonder werkelijke daadkracht?

Waar is de moed van vakbonden en zij die zich de socialistische beweging of progressieve politieke partij noemen om zich te committeren, zich te verenigen onder één banier om daarna werkelijk het nog steeds bestaande egoïsme, de angst voor veranderingen en de toenemende hebzucht een weerwoord te bieden? Waar is de moed om de gevestigde nieuwe orde werkelijk telkens weer aan de kaak te stellen, ook binnen de eigen gelederen? Waar is de moed om in te zien dat de ware vijand besloten ligt in het zich klakkeloos overgeven aan materialisme zonder daar werkelijke vraagtekens bij te stellen? Waar is het inzicht dat de nieuwe vijand van de arbeider zijn eigen zelfgenoegzaamheid is en wat gaan wij daarop antwoorden als socialistische beweging?

Wij moeten ons nog steeds voor ogen houden dat het werk dat Domela begonnen is nog lang niet af is, misschien is het nog niet eens begonnen. Wij moeten ons voor ogen houden dat de coulissen misschien veranderd zijn maar het toneelstuk zelf niet veranderd is.

Daarom zeg ik u, wij moeten ons verenigen, wij moeten onze krachten bundelen en niet opgeven totdat wij gezamenlijk Utopia hebben bereikt. Laten we daarbij afspreken om eerst de andere te laten voorgaan en zelf pas als laatste binnen te treden.

Pas dan kunnen we ons met recht en met trots een ware socialist noemen.

U bent hier