h

Laagdrempelige jeugdzorg in Fryslân in gevaar

10 augustus 2010

Laagdrempelige jeugdzorg in Fryslân in gevaar

De Statenfractie van de SP heeft met ongerustheid kennis genomen de berichten over de voorgenomen sluiting van een derde van de in Fryslân aanwezige consultatiebureaus. Van de 93 consultatiebureaus die er nu zijn, blijven er in de nieuwe situatie 64 over die opgaan in centra voor jeugd en gezin. De beslissing hierover zou deze maand (juli) al moeten vallen. Consultatiebureaus, instituten binnen de Jeugdgezondheidszorg, verzorgen gratis medische basiszorg en preventie bij alle kinderen van 0 tot 4 jaar. Vaccinatie (RIVM programma), algemene controle, ontwikkeling, (borst)voeding en opvoeding komt hierbij aan bod.

De SP is van mening dat dergelijke laagdrempelige preventieve gezondheidszorg voor een ieder in Fryslân moet blijven bestaan en vreest dat er een reëel risico bestaat voor een grote groep kinderen in de nieuwe situatie. Zij zullen verstoken blijven van deze onmisbare zorg, omdat de afstand naar het centrum voor jeugd en gezin te groot zal zijn. Vooral voor gezinnen die op het platteland wonen, zelf geen auto hebben en afhankelijk zijn van het magere openbare vervoer, voorziet de SP grote problemen.

De SP vraagt zich af of gedeputeerde mevr. Tineke Schokker (jeugdzorg) deze zorgen deelt en in het kader van het “Friese Model,” een overlegorgaan tussen provincie, gemeenten en instellingen, waarbij Friese kinderen met problemen voortaan sneller en doeltreffender geholpen gaan worden, dit belangrijke aspect ook meegenomen kan worden in de te maken afspraken. Dan kan aan de voorkant van de probleemstelling een deugdelijke preventie, advisering en diagnostiek gegarandeerd blijven. Ook al zijn gemeenten nu alleen verantwoordelijk voor de consultatiebureaus, ze maken deel uit van de totale Friese jeugdzorg. Een coördineerde rol vanuit de Provincie vindt de SP hier op zijn plaats.

Fractievoorzitter Ad van de Kolk: “Er is al een kaalslag geweest in de kraamzorg en ook verloskundige zorg staat onder druk. Dat terwijl Nederland koploper is op het gebied van babysterfte. Een uitgeklede gezondheidszorg door de verdwijning van éénderde van de bestaande consultatiebureaus is daarom onacceptabel. Ze moeten worden gehandhaafd! Een parlementaire werkgroep met vertegenwoordigers uit alle politieke partijen heeft de afgelopen maanden onderzoek gedaan naar verbetering in de jeugdzorg. Uitkomst was onder anderen dat meer preventie en een laagdrempelige hulp dicht bij gezinnen noodzakelijk is. Dan staat dit voorgenomen beleid daar haaks op. In het kader van preventieve, laagdrempelige gezondheidszorg is dit een zeer onwenselijke ontwikkeling. Dat moeten we niet willen. Ik hoop dat de gedeputeerde daar voor open staat en er net zo over denkt.”

Hieronder de schriftelijke vragen die de SP-fractie aan het college heeft gesteld:
1. Zijn GS op de hoogte van het bericht op Omrop Fryslân tv van dinsdag 15 juni 2010 over de voorgenomen verdwijning van éénderde van de bestaande consultatiebureaus?
2. Zijn GS ervan op de hoogte van de gevolgen voor de preventieve gezondheidszorg, advisering en diagnosticering voor kinderen en hun ouders, met name op het platteland?
3. Zullen GS feiten en informatie, zodra deze beschikbaar is, direct delen met Provinciale Staten en zo nee waarom niet
4. Vooral mensen met een laag inkomen en/of op het platteland en dus veelal afhankelijk van openbaar vervoer, zullen de dupe worden van het verminderen van het aantal consultatiebureaus. Onderschrijven GS de mening van de SP dat dit een onwenselijke situatie is?
5. Zijn GS, gezien het bovenstaande, bereid om in het kader van het Friese model aan de voorkant van dat beleidsgebied de bereikbaarheid te waarborgen, zodat preventie, advisering en diagnosticering voor ieder kind in Fryslân gegarandeerd blijft? Zo ja, hoe zal dit er dan gaan uitzien volgens GS en zo nee waarom niet?
6. Zullen GS in overleg treden met gemeenten en de GGD ten einde ervoor te zorg voor te dragen dat alle consultatiebureaus in Fryslân open blijven en zo nee waarom niet?
7. Als het niet mogelijk blijkt om alle consultatiebureaus open te houden, zijn GS dan bereid om te pleiten voor het openhouden van zoveel mogelijk bureaus teneinde de preventieve gezondheidszorg optimaal te houden en voor de resterende bureaus alternatieve oplossingen (bv vliegende keep/flying dokters) te zoeken?
8. Zodra duidelijk is, wat de uikomst is van de onderhandelingen, zullen GS dan PS hiervan hetzij schriftelijk dan wel mondeling op de hoogte stellen?

U bent hier