Fryslân

Op 13 juli a.s. wordt kunstencentrum Parnas in Leeuwarden gesloten.
Wegbezuinigd.
De leerlingen en docenten staan, soms letterlijk, zoals bijvoorbeeld bij klassiek ballet, op straat. Ondertussen denderen College en coalitiepartijen maar door met Culturele Hoofdstad 2018.
Tussen de 40 en 78 miljoen, is de kostenraming, waarvan in ieder geval 11 miljoen door de provincie moet worden opgehoest.
Hoe en waarvandaan? Dat is nog onbekend. In deze tijd van onzekerheid creëert het college er nog maar wat onzekerheid bij

Het draagvlak voor Kulturele Haadstêd was in het verleden essentieel voor het college, maar nu “spat de vonk wel over als we maar eenmaal kandidaat zijn”, zo roept Gedeputeerde de Vries.
Zo steekt wat de SP betreft het hele plan in elkaar: mooie woorden, prachtige beloftes, we moeten alles wat tot nu toe mis is gegaan positief bekijken en ga zo maar door.
De onderbouwing van alle prachtige resultaten en mooie dingen die het voor Fryslân op zou moeten leveren ontbreek echter helemaal.
Fractievoorzitter Jos van der Horst noemde het “een feestje voor de elite”. Waarom?
Omdat aan de basis van alles wordt wegbezuinigd: muziekscholen, kunstencentra, bibliotheken, cultuursubsidies van gemeenten, dorpshuizen, enz., enz.
Als die basis is afgebroken, is het erg wankel aan de top. Daar verander je met al die miljoenen niets aan.

De SP heeft, omdat zij zich bewust was van een meerderheid voor het plan, een motie ingediend om speciale aandacht te vragen voor wijken, dorpen en regio’s met problemen, zoals hoge werkloosheid, voortijdig schoolverlaten en jeugdproblematiek. Deze motie is door het college overgenomen.